Column

Het morele gelijk van de veteraan

We vroegen ons af, op de bank en in de groepsapp, waar we nou naar zaten te kijken afgelopen woensdag bij de bestorming van het Capitool. Was het een achterhoedegevecht van de verliezers van een voorbije verkiezing, met vlaggen van een voorbij jaar? Of was het pas het begin, het topje van de ijsberg van gefrustreerde mensen die ‘niet geloven in kennis’ en zich liever laten leiden door een QAnon-sjamaan?
Twee personen vielen me op, die avond. De eerste, Democratisch congreslid Jason Crow, vertelde op CNN hoe hij collega’s geruststelde tijdens de bestorming. De presentator koppelde zijn kalme handelen aan legerervaring: Crow was uitgezonden als ranger in Irak en Afghanistan. De tweede was ook veteraan, maar dan van de luchtmacht: Ashli Babbitt, bestormer, complotdenker, doodgeschoten door de politie.
Veteranen zijn een aantrekkelijke doelgroep voor autoritaire regimes. Mussolini, Hitler en Franco gebruikten de bereidheid van oud-militairen om voor hun vaderland te sterven, en speelden feilloos in op het gebrek aan waardering voor hun diensten. Sommige historici zeggen dat deze veteranen in de oorlog ‘gebrutaliseerd’ – verdierlijkt – waren, waardoor het weinig moeite kostte ze aan te zetten tot geweld. Andere historici leggen de nadruk op de veteranen die pacifist werden en zich inzetten voor internationale vredesorganisaties.

Maar een naoorlogse periode is ingewikkelder dan die simpele tweedeling. Bovendien waren zwart en wit en goed en fout na de oorlog niet langer netjes gemarkeerd, maar liepen door elkaar. De heldere commandostructuur moest plaatsmaken voor consensus en langzame besluitvorming.
Ik geloof niet dat haar dienstervaring Ashli Babbitt heeft veranderd in een oorlogszuchtig beest, noch dat de oorlog van Jason Crow een links deugmens heeft gemaakt. Ik geloof ook niet dat de retoriek van links-liberaal-deugen versus rechts-conservatief-schreeuwen ons helpt te begrijpen wat gebeurde, woensdag, of wat ons nog te gebeuren staat.
Of het nu gaat om de Capitool-bestormers of om de dreigende meute op ons eigen Binnenhof: ze zullen niet zomaar oplossen in het niets. Mensen als Babbitt gebruiken het onrecht dat hun – vermeend of reëel – is aangedaan als legitimatie voor geweld. Steeds makkelijker lijken ze zich te onttrekken aan het sociale contract waarop onze samenleving is gebaseerd.
Daar moet iets tegenover staan. Optreden tegen geweld, natuurlijk, maar ook een moreel kader gebaseerd op liberale en democratische waarden – die we misschien wat conservatiever moeten gaan benaderen.

Hilde Sennema is freelance schrijver en bedrijfshistoricus, verbonden aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Reageer via opinie@fd.nl.