Column

Ziek kind

‘Hoe zit jij maandag?’, appte de co-ouder. Onze dochter van zes had griep, dus we begonnen te plannen. Hij de maandag, ik de dinsdag, daarna zagen we wel verder. Door schade en schande wijs geworden zegden we alles af. Doorwerken als je kind ziek is, bestaat niet.
Ooit dacht ik dat het wel kon. Míjn kind zou zoet op de bank liggen terwijl ik achter mijn laptop zat. Tussen de e-mails en telefoongesprekken door bracht ik het in stilte lijdende wezentje een kopje thee, depte het gloeiende voorhoofd met een natte washand – en ging weer over tot de orde van de dag. Het is onzin, een fata morgana, die in stand wordt gehouden door overijverig personeel met eufemistische afwezigheidsmeldingen als ‘mijn kind is ziek, dus ik werk thuis’.
Niet dus.
Allereerst: je vergeet de emotionele claim die zo’n ziek kind op je kan leggen. Zit je net achter de laptop, vraagt het gloeiende hoopje mens alweer water, honing of een zakdoek. ‘Staat naast je’ voldoet niet, want eigenlijk verlangt ze naar een koele hand en de lijfelijke verzekering dat het echt wel goed komt, lieve schat.

‘Onze constante beschikbaarheid is schadelijker dan de angst voor welke epidemie dan ook’

Bovendien: het is vermoeiend. Niet eens de zorg op zich, maar het stemmetje dat je eraan herinnert wat je allemaal nog zou moeten, put je uit.

Ook al had ik alles afgezegd, mijn werk dicteerde de dagen thuis met mijn zieke kind.
Klein leed, ik weet het, en heus, ik werd weer terdege bewust van het voorrecht van een verder gezond kind. Mijn dagen zorgdienst wezen me op mijn eigen productiviteitsfetisj, maar ook op de laptop en smartphone, die als tentakels van mijn werk het huiselijke domein binnendringen. Onze constante beschikbaarheid is schadelijker dan de angst voor welke epidemie dan ook.
En denk er maar eens over na: andersom zouden we die invloed niet accepteren. We nemen onze kinderen alleen mee naar kantoor als dat gefaciliteerd wordt, zoals bij de tweedaagse onderwijsstaking: CoolBlue plaatste een knus filmpje op LinkedIn, waarin directeur Pieter Zwart knutselt met de kinderen van zijn werknemers. Het is de uitzondering die de regel bevestigt.
In tijden van arbeidsschaarste en virusdreiging is dat wel te begrijpen, maar daarom des te belangrijker om zelf voet bij stuk te houden. Als je kind ziek is, wees dan écht afwezig. Spreek collega’s met zieke kinderen er desnoods op aan. Ga naar huis, de komende tijd hoef ik niks van je. Stel je verwachtingen bij, voor zowel jezelf als voor je collega’s. De ouder én het zieke kind varen er wel bij.
En het gekke is: zodra je weinig verwacht, komt er misschien tussendoor nog best iets uit je handen – hetgeen deze column bewijst.

Hilde Sennema is freelance schrijver en bedrijfshistoricus, verbonden aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Reageer via columnist@fd.nl.