Column

Smoezelige rolmodellen achter Zoom

Af en toe zie je hem nog voorbijkomen: de vraag ‘hoe ze het allemaal voor elkaar krijgt’ met kinderen, een carrière, het huishouden én een charmante man die nog geen ei kan bakken op een doordeweekse dinsdag om half 7 ’s avonds. Het is maar goed dat de vraag tijdens interviews inmiddels een no-go is, want deze stereotype beeldvorming doet aan vrouw én man weinig recht.
Toch schiet die vraag regelmatig door mijn hoofd, bijvoorbeeld als ik weer eens een hoogleraar (V) tref die naast een reeks artikelen ook een rij kinderen heeft geproduceerd. Het blijft immers een kunst, vrouw zijn en carrière maken. Hardnekkige stereotypes zoals hierboven zijn uitvloeisels van een cultuur waarbij thuisblijven bij het kind nog steeds hoger in aanzien staat dan een carrière, en er is daarom altijd wel iemand tegenover wie je je keuze, linksom of rechtsom, moet verantwoorden.

‘Voorbeelden van werkende vrouwen hielpen mij bij de keuze om voltijd te werken toen ik een kind kreeg’

De discussie die eens in de zoveel tijd weer oplaait lijkt ons ook niet verder te brengen. Het verloop is voorspelbaar: cijfers laten zien dat de loonkloof maar niet afneemt, vervolgens wijt een of andere paternalist (M/V) de loonkloof aan de arbeidsverachting van de Nederlandse vrouw, waarop die vrouwen in het geweer komen, en de discussie verder polariseert.

De documentaireserie ‘Waarom werken vrouwen niet?’ van Liesbeth Staats deed de afgelopen weken eindelijk iets om dat beeld te nuanceren. Het programma laat de ingewikkelde mix van conservatieve cultuur en achterlijk kinderopvangbeleid zien, die de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen op de Nederlandse arbeidsmarkt in stand houdt.
Die cultuur leert dat emancipatie vrouwen in staat stelt zelf te kiezen, maar in de praktijk is die keuzevrijheid deels schijn: veel vrouwen kiezen ervoor thuis te blijven of parttime te werken, zodat de man voltijd kan blijven werken. Dat is geen luiheid, dat is kansenongelijkheid.
Voorbeelden van werkende vrouwen – rolmodellen, zo u wil – hielpen mij bij de keuze om voltijd te werken toen ik een kind kreeg. En het zit ‘m soms in de kleine dingen: dat de vrouwelijke hoogleraar later is omdat ze haar kind moest helpen bij het huiswerk, of dat ook bij de mannelijke collega tijdens een online vergadering een kind met een snotneus door het beeld paradeert.
Door iets op te vangen van die dagelijkse dingen mag de vraag – hoe wij vrouwen het nou eigenlijk doen – voor eens en voor altijd de prullenbak in. Constant ervaringen uitwisselen hoeft echt niet, maar gewoon, af en toe iemand smoezelig zien Zoomen aan een onopgeruimde ontbijttafel, is voor mij al een prettige steun in de rug.

Hilde Sennema is freelance schrijver en bedrijfshistoricus, verbonden aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Reageer via columnist@fd.nl.